CONQUERING KILIMANJARO
Last October two of Brussels Airlines’ cabin crew members, Thomas Smits and Bernard Padovani, went on a mission to conquer Kilimanjaro (5,895 m) and plant the Brussels Airlines flag at the summit.
“Although we are both quite sportive, we are no mountaineers and we did not prepare for this expedition in any specific way – so it was quite a challenge. We left from a small village, Mochi, close to Arusha in Tanzania, with one guide, a cook and two carriers. The climb took us five days in total, of which of course the last days were the most difficult ones due to the height. We did not take any additional oxygen with us, which is recommended above 5,000 metres, so we had to return immediately after having reached the top. The last couple of hundred metres were particularly difficult. On the fifth day, after having climbed all night in the dark, we reached the top at 07.15 in the morning – and the Brussels Airlines flag is there as a proof.”
“We didn’t encounter too many physical problems, except from some nausea. You have to take some precautions of course: we took aspirin to condition the blood circulation, Diamox to prevent height sickness and we had to drink about three to four litres of water a day, to get rid of enzymes in the kidneys – the only problem was that our water was often frozen since the temperature at night was about –19°C. We climbed about 1,000 metres per day, sometimes in as little as six hours, and sometimes it took us 12 hours.”
“What will we remember from this trip? The magnificent views, overlooking the vast plain of Tanzania with Mount Kenya and Mount Arusha in the far distance. The hospitality of the people, the local cuisine of our cook, the immense glaciers, the contacts with other climbers from Denmark, Germany, Ireland, USA.”
A LA CONQUÊTE DU KILIMANDJARO
En octobre dernier, Thomas Smits et Bernard Padovani, deux membres du personnel de cabine de Brussels Airlines, se sont donné pour mission de conquérir le Kilimandjaro (5 895m) et de planter le drapeau aux couleurs de Brussels Airlines au sommet
“Bien que très sportifs, nous ne sommes ni l’un, ni l’autre, des alpinistes et nous n’avons pas préparé cette expédition de manière spécifique – c’était donc un fameux défi. Nous sommes partis d’un petit village, Mochi, non loin d’Arusha en Tanzanie, avec un guide, un cuisinier et deux porteurs. L’escalade nous a pris 5 jours au total, et cela va sans dire que les dernières journées étaient les plus dures, en raison de l’altitude. Nous n’avions pas emporté de supplément d’oxygène, ce qui est fortement recommandé au-delà de 5 000 mètres, nous avons donc dû rebrousser chemin immédiatement après avoir atteint le sommet. Les dernières centaines de mètres se sont avérées les plus fastidieuses. Le cinquième jour, après une escalade de toute une nuit dans l’obscurité, nous sommes arrivés au but à 07.15 du matin – le drapeau de Brussels Airlines faisant foi.”
“Nous n’avons pas trop souffert de problèmes physiques, à l’exception de quelques nausées. Vous devez bien entendu prendre quelques précautions : nous avons pris de l’aspirine pour faciliter la circulation sanguine, du Diamox pour prévenir le mal des hauteurs et nous devions boire entre 3 et 4 litres d’eau par jour pour éliminer les enzymes des reins – le seul problème étant que notre eau était souvent gelée sous des températures nocturnes qui avoisinaient les –19°. Nous avons grimpé environ 1 000 mètres par jour, parfois en 6 heures, une durée relativement courte, et d’autres fois en 12 heures.”
“Le souvenir que nous garderons de cette aventure? Les vues magnifiques, surplombant l’immense plaine de Tanzanie avec le Mont Kenya et le Mont Arusha dans le lointain. L’hospitalité des gens, la cuisine locale préparée par notre cuisinier, les glaciers démesurés, le contact avec les autres alpinistes du Danemark, d’Allemagne, d’Irlande et des USA.”
DE KILIMANJARO BEDWONGEN
In oktober vorig jaar trokken twee cabinemedewerkers van Brussels Airlines, Thomas Smits en Bernard Padovani, op expeditie naar de top van de Kilimanjaro (5895 m) om er de vlag van Brussels Airlines te planten
“Hoewel we allebei vrij sportief zijn, zijn we geen bergbeklimmers en bereidden we ons niet speciaal voor op deze tocht. Het was dus een hele uitdaging. We vertrokken in een klein dorpje, Mochi, niet ver van Arusha in Tanzania, met een gids, een kok en twee dragers. De beklimming duurde in totaal 5 dagen. De laatste dagen waren uiteraard de moeilijkste door de grote hoogte. Hoewel dat wordt aanbevolen boven de 5000 meter, namen we geen extra zuurstof mee. Daarom moesten we na het bereiken van de top meteen weer afdalen. De laatste paar honderd meter waren bijzonder zwaar. Na de hele nacht in het donker te hebben geklommen, bereikten we op de vijfde dag om kwart over zeven ’s morgens de top. De vlag van Brussels Airlines is daarvan het bewijs.”
“Fysiek ondervonden we niet te veel problemen, behalve wat misselijkheid. Uiteraard moet je wel enkele voorzorgen nemen: we namen aspirine om de bloedcirculatie te regelen en Diamox tegen hoogteziekte. We moesten ook 3 tot 4 liter water per dag drinken om de enzymen uit onze nieren te spoelen. Dat vormde soms een probleem omdat ons water vaak bevroren was, aangezien de temperatuur ’s nachts tot -19 °C daalde. We klommen zo’n 1000 meter per dag, soms in amper 6 uur tijd, maar op andere dagen kostte het ons 12 uur.”
“Welke herinneringen we aan deze tocht zullen overhouden? Het prachtige zicht op de uitgestrekte vlakte van Tanzania met Mount Kenya en Mount Arusha in de verte, de gastvrijheid van de mensen, de lokale recepten van onze kok, de indrukwekkende gletsjers, de contacten met andere bergklimmers uit Denemarken, Duitsland, Ierland en de VS.”